Sacha en Fleur
Fleur en haar ouders

Sacha en Fleur

Maurits en Fleur

Marco en Fleur

Maurits en Fleur 2

Maurits en Fleur 3







Sacha en Fleur zijn aan het fietsen

Sacha: In het begin herkende ik m zowat niet joh. Zo bruin als ie is. Hij had allemaal cadeautjes bij zich.
Fleur: Leuk
Sacha: En, hij vroeg meteen naar jou
Fleur: Ja, dus...
Sacha: Nou ja ik heb ‘m natuurlijk meteen verteld van jou en Maurits. Ik geloof niet dat ie t erg leuk vond.
Fleur: Hoezo?
Sacha: Nou ja hij liet natuurlijk niets merken, maar eh... Ja da’s ook zoiets raars he? Heb je elkaar 3 jaar niet gezien. Maar toch, je weet precies wat die ander voelt.
Fleur: Ja dat had ik ook altijd met Marco
Sacha: Volgens mij is hij nog steeds niet helemaal over jou heen.
Fleur: Nou dan weet hij ook eens hoe dat voelt.

Ze komen aan bij huis Noordermeer. Daar stapt Maurits net uit zijn auto.

Maurits: Matheus 14 vers 3 tot 6
Fleur : Ja
Maurits : Ik zeg ook maar wat
Sacha: Zo Maurits ben je in de Here gegaan.
Maurits: Nee, de verloren zoon. Jouw broer, die is toch terug? Wist jij dat al?
Fleur: Nee
Maurits: Hoe is het met ‘m?
Sacha: Oh, ja gaat wel goed